Dames en heren, jongen en meisjes,
Sheila Sitalsing is een bekende Nederlandse journalist, schrijver en econoom. Zij werd in 1968 geboren in Paramaribo, haar vader was een Surinaamse Hindoestaan, haar moeder werd geboren in Nederlands-Indië in 1929 uit een familie van rijke suikerhandelaren, in haar eerste twee jaar is ze daar opgegroeid en opgevoed in weelde, met een baboe die naast haar wieg op een matje sliep. Maar daarna kwam de grote depressie, stortte de suikerindustrie in en moest het gezin vluchten naar Nederland. Als gelukszoekers in een land waar ze vreselijk aan moesten wennen.Sitalsing beschrijft in haar boek Waar ik me voor schaam hoe haar moeder haar vertelde over Nederlands-Indië. Verhalen over een soort verloren paradijs. Verhalen die haar moeder natuurlijk ook van horen zeggen had, want ze was twee jaar toen ze in 1931 naar Nederland kwam. Over de jaren dertig, de tweede wereldoorlog en de jaren daarna, sprak haar moeder bijna niet. Wel in wat algemene termen, over de hunkering naar roomboter, over fietsen met houten banden en over de parachutisten bij de Slag om Arnhem die ze vanuit de verte had zien neerkomen.Omdat Sheila nieuwsgierig was naar de gebeurtenissen in de oorlog, bleef ze vragen stellen. Ze was nieuwsgierig naar wat haar moeder in de oorlog had meegemaakt: had ze misschien in het verzet gezeten, was ze koerierster geweest? Dat soort beelden heb je als jong meisje. Maar haar moeder bleef in haar antwoorden bij algemeenheden. Ze had wel wat dingen opgeschreven, zei ze tegen het einde van haar leven tegen haar kinderen, maar dat moeten jullie later nog maar eens lezen, niet zo bijzonder maar goed om te weten. Maar tijdens haar leven kwam het daar niet van.
Toen Sitalsings moeder was overleden las zij de A4-tjes die haar moeder had vol getypt. Bekende verhalen uit Nederlands-Indië. Maar ook verhalen over de oorlog en de periode daarna, verhalen die ze zelfs met haar man nooit had gedeeld, terwijl ze vijvenvijftig jaar met hem getrouwd was geweest. Omdat ze dat niet wilde, omdat ze dat niet kon, omdat ze zich daarvoor schaamde.
Haar vader, Sheila’s opa dus, had na de vlucht naar Nederland weinig te doen. Het prettige leven in Nederlands-Indië was definitief voorbij, hij was nu één van de vele crisis-gedupeerden in Den Haag. Hij was berooid en beter gewend. Hij kwam in aanraking met nationaalsocialisten en neonazi’s. Hij werd lid van de NSB, werd al voor de oorlog penningmeester, adjudant van de district leider, kreeg een uniform, later ook een pistool en een mooie wagen, en een goed salaris. Na de oorlog werd hij veroordeeld en jarenlang gevangengezet. Maar niet alleen hij, ook zijn vrouw werd gestraft en zijn dochter werd er op aangekeken.
Sheila beschrijft hoe erg ze het vond en vind dat ze er nooit met haar moeder over heeft kunnen praten, nooit heeft kunnen vragen naar het waarom, naar de drijfveren, naar de achtergronden. Naar hoe haar moeder die tijd had beleefd. Ze beschrijft erg ze het vind voor haar moeder dat die altijd met dat geheim heeft moeten leven. Ze moet vreselijk hebben geleden onder de gevolgen van de keus van haar ouders, vooral na de oorlog: kinderen uit zulke gezinnen werden geïsoleerd op school, sociaal uitgesloten. Omdat hun ouders gedetineerd waren, gingen ze van pleeggezin naar pleeggezin.
Je proeft in het boek de worsteling tussen liefde en verwijten, tussen begrip en vragen naar het waarom, vragen die altijd onbeantwoord zullen blijven.
Sitalsing heeft haar boek opgebouwd aan de hand van een elftal ‘wenken’, soort adviezen, die ik u niet wil onthouden, omdat ze denk ik ook goed bruikbaar zijn als het over de geschiedenis van de Indische Nederlanders gaat:
- Verzamel de feiten
- Familie doet ertoe
- Vergeet de context niet
- Wees mild voor de gebutsten
- Maak een lijst van dingen waarvoor je je schaamt
- Wantrouw de eigen verklaringen
- Zoek elkaar op
- Heb compassie
- Het verhaal is niet van jou
- Vertel het door en waarschuw
- Je hoeft geen sorry te zeggen
Ik besef dat deze wenken zonder verdere toelichting misschien nog wat abstract zijn, maar ben er ook van overtuigd dat ze u kunnen helpen bij het bespreken, verwerken en samen bezig zijn met uw geschiedenis, uw leven nu en uw toekomst.
Het is goed en mooi dat er mensen als Sheila Sitalsing zijn, bekende mensen, voorbeeldfiguren, die laten zien wat de gevolgen zijn van schaamte, van zwijgen, en die laten zien hoe belangrijk het is verhalen wel te vertellen. Als u er meer over wilt lezen kan ik het boek van harte aanraden.
Lieve mensen,
Nederland, Europa, de wereld zijn de laatste jaren op drift geraakt. Waar het na de Koude Oorlog even leek te stabiliseren, nemen de tegenstellingen de afgelopen decennia sterk toe. Het Midden-Oosten, Oekraïne, Soedan, maar ook de hele wereldpolitiek. De toenemende polarisatie, ook in ons eigen land. Het wijzen naar de ander als veroorzaker van de ellende, het eenzijdig opkomen voor eigen belang.
Laten we leren van het verleden, lessen trekken, ons erin verdiepen en niet te snel oordelen.
Dan is het goed dat we veroordelen dat zoveel mensen in Gaza en Soedan omkomen door honger en geweld, maar moeten we ook beseffen dat in de Tweede Wereldoorlog de geallieerden bewust steden en wijken met vele onschuldige burgers in Duitsland en Japan bombardeerden, om daarmee de vijand tot capitulatie te dwingen.
Dan is het goed dat discriminatie in de grondwet wordt verboden maar moeten we ook beseffen dat het nog maar vijftig jaar geleden is dat onze regering het apartheidsregime in Zuid-Afrika steunde. De vreselijke gevolgen zijn tot op de dag van vandaag nog zichtbaar in Zuid-Afrika.Dat besef maakt ons bescheiden maar toont ook aan dat we altijd kritisch moeten blijven op de ontwikkelingen die de samenleving of bepaalde groepen daarin bedreigen. Dat we bereid moeten blijven om te leren en onze mening bij te stellen.
Geachte aanwezigen,
Het is goed om ook dit jaar weer stil te staan bij de ervaringen van die 2 miljoen Nederlanders in en de oorlog zelf of van nabij hebben meegemaakt in Nederlands-Indië en als ontheemden in Nederland. Inmiddels zijn we drie of vier generaties verder, maar is het belang nog steeds heel groot. Ook nu zijn er nog mensen die geheimen met zich meedragen, waar schaamte een grote rol speelt. Laten we met hen praten, laten ze hun verhalen verder vertellen. En laten wij hun verhalen doorvertellen aan de volgende generaties.
Toen ik deze bijeenkomst met Tony voorbereidde vertelde hij mij over gesprekken die hij met sommigen van u had, ook over persoonlijke ervaringen die hij in zijn familie had, over hoe goed het is om, soms ook na vele jaren, te beseffen dat het belangrijk is om er voor elkaar te zijn.
Ik ben dankbaar dat er op zoveel plaatsen in Nederland aandacht is voor de geschiedenis van Nederlands-Indië en dat ook de gemeente Westerkwartier daarin een plaats mag innemen. Dat we hier bij het monument mogen staan, een plaats hebben gemaakt voor de herdenking.
Het is mooi om te zien dat de gemeentelijke en de provinciale overheid daarin hun rol pakken. Als gemeente Westerkwartier laten we die betrokkenheid ook zien aan de Molukse gemeente in Marum, door renovatie en waar nodig vervanging van de bijzondere status graven van Molukse KNIL-militairen en/of hun echtgenotes.
Ook de landelijke overheid is sterk betrokken en dat bleek dit jaar wel op een heel bijzondere manier. Het zal u niet ontgaan zijn dat het Zijne Majesteit Koning Willem Alexander in april behaagd heeft om de onderscheiding als lid in de Orde van Oranje-Nassau toe te kennen aan de heer Tony Simon uit Marum, waarbij met name de organisatie van deze jaarlijkse herdenking een belangrijke rol speelde.
Ik ben dankbaar dat ik ook het college van Westerkwartier en ik vanavond als locoburgemeester hieraan mag meewerken. Daarmee wens ik ons allen een mooie, waardige en waardevolle avond toe.
